Alle dagen sushi

Tempels, bergen, kastelen, vulkanen. Japan heeft de reizigers van alles en nog veel meer te bieden. Maar één van de grootste troeven is zonder meer de Japanse keuken.
Om álles te proeven zul je hier waarschijnlijk meer dan een mensenleven moeten blijven en je iedere dag net zo vol moeten proppen als een sumoworstelaar. Dat zit er niet in, maar bijna iedere dag een ander Japans gerecht proberen moet lukken.

Sommige gerechten zijn net zo bizar als de etablissementen waar ze geserveerd worden (kattencafés en robotrestaurants). Veel vis, uiteraard. Dood én levend. Of wat te denken van de beruchte en extreem giftige kogelvis. Verkeerd bereid en het is letterlijk je laatste avondmaal geweest.
Je zou dus zeggen dat ze hier vast ook wel ergens hond zouden moeten serveren. In Vietnam en Zuid-Korea heb ik er tevergeefs naar gezocht. Maar misschien heb ik maanden geleden in Bali zonder het te weten wel hond gegeten. Onlangs werd namelijk bekend dat sommige straattentjes de viervoeters in hun sateetjes hebben verwerkt...

Sinds ik Australië voor Azië heb verruilt, heb ik sowieso alleen nog Aziatische gerechten gegeten. Geen pizza's, frieten, burgers of pasta's. Maar noedels en rijst. Heel veel rijst. En in Japan natuurlijk sushi.
Toch ging het in Osaka nog bijna mis. Op een avond bevond ik me namelijk op een afscheidsfeestje van een Amerikaan genaamd Brian. Een feestje vol speciaalbieren en expats (die zich net als ik verbaasden over mijn aanwezigheid). En pizza's en burgers. De verleiding was groot, maar de wilskracht groter. Gelukkig zijn hier overal Family Marts en 7Elevens te vinden die prima sushi verkopen. En dus loopt de teller nog steeds: 105 dagen zonder Westers eten. Eet smakelijk!